* Voor deze opdracht hebben we met spiegelende materialen gewerkt. De woorden die we vaak gebruikt hebben bij onze eerste indrukken van de spiegels zijn:
-sommige spiegels zijn glanzend en andere mat
-er bestaan holle en bolle spiegels
-je ziet jezelf ondersteboven in sommige voorwerpen(speciale spiegel, lepel)
-in sommige spiegels zijn er andere figuren in(zonnebril met dinosaurus)
-voorwerpen die eigenlijk niet als spiegel dienen, maar waar je jezelf wel in ziet, zoals zonnebril, lepels,potten…
-er zijn veel spiegels die de werkelijkheid niet weergeven zoals spiegels waarin je veel kleiner of groter lijkt
-sommige glazen van spiegels zijn donkerder
-er bestaan ook kleurenspiegels zoals kerstballen, als je in een rode kerstbal kijkt, ben je zelf ook rood
-er zijn spiegels van plastic, maar ook van glas
-er bestaan holle en bolle spiegels
-je ziet jezelf ondersteboven in sommige voorwerpen(speciale spiegel, lepel)
-in sommige spiegels zijn er andere figuren in(zonnebril met dinosaurus)
-voorwerpen die eigenlijk niet als spiegel dienen, maar waar je jezelf wel in ziet, zoals zonnebril, lepels,potten…
-er zijn veel spiegels die de werkelijkheid niet weergeven zoals spiegels waarin je veel kleiner of groter lijkt
-sommige glazen van spiegels zijn donkerder
-er bestaan ook kleurenspiegels zoals kerstballen, als je in een rode kerstbal kijkt, ben je zelf ook rood
-er zijn spiegels van plastic, maar ook van glas
Er zijn dus enorm veel vormen van spiegels!
* We kunnen natuurlijk ook op verschillende manieren in een spiegel kijken. Er zijn veel verschillende beelden:
-als je in een kookpot kijkt, ben je 3keer zo dik
-lepels vervormen je gezicht
-in sommige spiegels zie je je ondersteboven
-als je foto’s neemt in een spiegel, weerkaatst de flits erin
-sommige spiegels zijn een vergrootglas
-in kerstballen ben je klein en dik of juist groot en smal
-in sommige spiegels zie je jezelf wazig
-lepels vervormen je gezicht
-in sommige spiegels zie je je ondersteboven
-als je foto’s neemt in een spiegel, weerkaatst de flits erin
-sommige spiegels zijn een vergrootglas
-in kerstballen ben je klein en dik of juist groot en smal
-in sommige spiegels zie je jezelf wazig
* We hebben onszelf gespiegeld in verschillende soorten spiegels:
-in een blauwe blinkende kerstbal ben je blauw-smal-klein en bol
-in een kleine koffielepel ben je lang-groot-heb je grote ogen en zie je jezelf ondersteboven
-in een holle spiegel ben je lang en smal
-in een bolle spiegel ben je klein en dik
-een gewone spiegel geeft de werkelijkheid weer
-je kan een gewone spiegel op verschillende manieren vasthouden, toch blijft deze altijd de werkelijkheid weergeven
-in een kleine koffielepel ben je lang-groot-heb je grote ogen en zie je jezelf ondersteboven
-in een holle spiegel ben je lang en smal
-in een bolle spiegel ben je klein en dik
-een gewone spiegel geeft de werkelijkheid weer
-je kan een gewone spiegel op verschillende manieren vasthouden, toch blijft deze altijd de werkelijkheid weergeven
* We hebben in het prentenboek kikker is kikker gezocht naar spiegels en spiegelingen:
Kikker ontdekt dat hij zichzelf kan zien in het water. Hij vindt dat er niets mooier is dan een kikker. Doorheen het verhaal is kikker erg triestig, omdat hij niet kan vliegen zoals eend, maar ook omdat hij niet zo goed kan timmeren als rat en hij kan geen taart bakken zoals varkentje. Hij bekijkt zichzelf opnieuw in het water en uiteindelijk is hij toch blij dat hij gewoon kikker is. Als opdracht voor de kleuters, gaan we met zen alle naar de vijver. Zo kunnen de kleuters zichzelf ook spiegelen in het water zoals kikker dit deed.
* We hebben 3 opdrachten bedacht die we met spiegels kunnen uitvoeren:
Opdracht 1: We hebben een spiegel met aan de ene kant een gewone spiegel en aan de andere kant een vergrootte spiegel. De juf houdt de spiegel vast en er kan langs elke kant 1 kleuter komen kijken. Nadien draait de juf de spiegel om en zullen de kleuters merken dat ze in de ene spiegel groter zijn dan in de andere.
Opdracht 2: De juf heeft allemaal gekleurde kerstballen op tafel gelegd. De kleuters mogen daarna in groepjes bij een kleur gaan staan en zichzelf spiegelen in de kerstbal. Zo schuiven ze altijd door. Ze merken dat ze zelf altijd een andere kleur van gezicht hebben.
Opdracht 3: De kleuters kunnen 5 verschillende voorwerpen met elkaar vergelijken, zichzelf er in spiegelen. Ze zullen in de verschillende voorwerpen merken dat ze er altijd anders uitzien.
Opdracht 2: De juf heeft allemaal gekleurde kerstballen op tafel gelegd. De kleuters mogen daarna in groepjes bij een kleur gaan staan en zichzelf spiegelen in de kerstbal. Zo schuiven ze altijd door. Ze merken dat ze zelf altijd een andere kleur van gezicht hebben.
Opdracht 3: De kleuters kunnen 5 verschillende voorwerpen met elkaar vergelijken, zichzelf er in spiegelen. Ze zullen in de verschillende voorwerpen merken dat ze er altijd anders uitzien.
* De juf heeft op een blad een lijn getekend, die de spiegel moet voorstellen. Langs een kant heeft ze al vingerafdrukken gezet, maar langs de andere kant moeten ze zelf hun vingerafdruk proberen te spiegelen.
* We hebben 6 verschillende opdrachten die we met kleuters kunnen doen, rond het thema kerstmis, maar toch ook nog altijd met onze spiegelende voorwerpen:
Opdracht 1: Beeld => kerstfiguren en kerstballen maken met zilverpapier
Opdracht 2: Beweging => één kleuter moet een bepaalde houding aannemen en mag ook gebruik maken van kerstmaterialen bv. Kerstmuts, wanten, sjaal… Een andere kleuter moet dit beeld spiegelen. De kerstmaterialen zijn steeds dubbel, zodat de andere kleuter de materialen die de eerste kleuter gebruikt kan nabootsen.
Opdracht 3: Drama => poppenspel met kerstfiguren en spiegels
Opdracht 4: Muziek => liedje aanleren :
Opdracht 2: Beweging => één kleuter moet een bepaalde houding aannemen en mag ook gebruik maken van kerstmaterialen bv. Kerstmuts, wanten, sjaal… Een andere kleuter moet dit beeld spiegelen. De kerstmaterialen zijn steeds dubbel, zodat de andere kleuter de materialen die de eerste kleuter gebruikt kan nabootsen.
Opdracht 3: Drama => poppenspel met kerstfiguren en spiegels
Opdracht 4: Muziek => liedje aanleren :
Een boom, ballen en een piek
Slingers en wat eng'lenhaar
Sneeuw erop en dan nog lichtjes
Dan is onze boom haast klaar
En dan nog wensen voor alle mensen
Een prettig kerstfeest iedereen!
Een boom, ballen en een piek
Slingers en wat eng'lenhaar
Samen met de goede wensen
Is de kerstboom nu echt klaar
Samen met de goede wensen
Is de kerstboom nu echt klaar
Slingers en wat eng'lenhaar
Sneeuw erop en dan nog lichtjes
Dan is onze boom haast klaar
En dan nog wensen voor alle mensen
Een prettig kerstfeest iedereen!
Een boom, ballen en een piek
Slingers en wat eng'lenhaar
Samen met de goede wensen
Is de kerstboom nu echt klaar
Samen met de goede wensen
Is de kerstboom nu echt klaar
Vervolgens gaan de kleuters de kerstboom zelf versieren met verschillende soorten kerstballen zowel glanzende als matte kerstballen.
Opdracht 5: Taal => een prentenboek met verschillende soorten spiegels in verwerkt
Opdracht 6: Wiskunde => kerstballen sorteren op kleur-vorm-grootte-glanzend en niet glanzend
Opdracht 6: Wiskunde => kerstballen sorteren op kleur-vorm-grootte-glanzend en niet glanzend
*Uitwerking van opdracht 1, Beeld:
Materialen die we nodig hebben zijn:
-zilverpapier
-isomo ballen waar we het zilverpapier kunnen rond doen
-touw om ze figuren mee omhoog te hangen
-lijm om het aan elkaar te plakken
-een kerstboom waar we alles inhangen
-isomo ballen waar we het zilverpapier kunnen rond doen
-touw om ze figuren mee omhoog te hangen
-lijm om het aan elkaar te plakken
-een kerstboom waar we alles inhangen
Opstelling die we gebruiken:
-de juf verdeeld de klas in groepjes, zodat niet iedereen het meteen moet doen, maar verspreid over verschillende dagen
-de juf legt het materiaal dat nodig is, uitgebreid op een tafeltje
-de juf legt het materiaal dat nodig is, uitgebreid op een tafeltje
Vragen die we stellen aan de kleuters:
-vinden jullie de opdracht moeilijk?
-zouden jullie het liever met ander materiaal doen?
-zouden jullie het liever met ander materiaal doen?
*Uitwerking van opdracht4, Muziek:
Materialen die we nodig hebben zijn:
-tekst van het liedje
-radio
-kerstballen zowel mat als glanzend
-kerstpiek, kerststal, kerstboom, kerstslinger
-radio
-kerstballen zowel mat als glanzend
-kerstpiek, kerststal, kerstboom, kerstslinger
Opstelling die we gebruiken:
-de juf zet de kindjes in de zithoek en laat het liedje eens luisteren op de radio, daarna zingt ze het zo voor en tenslotte mogen de kindjes het liedje zelf proberen te zingen
-in het midden van de kring zet de juf een grote doos met het materiaal om de kerstboom te versieren
-in het midden van de kring zet de juf een grote doos met het materiaal om de kerstboom te versieren
Vragen die we stellen aan kleuters:
-welke verschillen zijn er tussen kerstversieringen?
-vragen of ze thuis ook een kerstboom hebben en of ze deze al versierd hebben
-of ze een ander liedje zouden kiezen
-vragen of ze thuis ook een kerstboom hebben en of ze deze al versierd hebben
-of ze een ander liedje zouden kiezen
Leuke opdrachtjes, goed uitgewerkt! ;)
BeantwoordenVerwijderenKei knap uitgewerkt! Ik kan vele ideetjes gebruiken om mijn weekschema 'fonkelen en weerspiegelen' uit te werken.
BeantwoordenVerwijderen